Heeft het Maurice Dufrasne-stadion (Sclessin), dat wordt aangeprezen als een bruisende ketel, herontdekt wat het zijn speciale sfeer gaf en Standard aanzette tot prestaties?
Het Sclessin staat centraal in Luik
In Luik is het onmogelijk om Standard los te koppelen van zijn thuisbasis, Sclessin. Officieel staat het bekend als het Stade Maurice Dufrasne, naar een voormalige voorzitter van de club. Maar de thuisbasis van Matricule 16 wordt vaker aangeduid met de naam van de wijk waarin het ligt. De rode tribunes van het vlaggenschip van Luik staan bekend om hun sfeer en menig wapenfeit is hier gesmeed dankzij de uitbundige steun van de fans. Die zijn net zo vurig zijn als de stad Luik zelf.
Onlangs was het dankzij deze intense- en indrukwekkende steun dat Standard erin slaagde Club Brugge (2-1) en Sporting Anderlecht (3-2) te verslaan. Anderlecht verloor ondanks een 0-2 voorsprong bij de rust. Maar kunnen we het echt nog over de Hel hebben als we het over Sclessin hebben?
Voor grote wedstrijden
Er was een tijd dat Sclessin een bijna onneembare vesting leek, met een publiek dat zo’n sfeer creëerde dat tegenstanders verstikt werden door de druk, terwijl Les Rouches aan kracht wonnen. Tegen Brugge en Anderlecht was het ongetwijfeld dankzij de steun van het Luikse publiek dat de mannen van Carl Hoefkens de drie punten wisten te pakken.
Maar als Standard niet in Sclessin speelt, liggen de zaken heel anders. Zonder het publiek in het Maurice Dufrasne-stadion zijn de Matricule 16 nooit hetzelfde. Tegen dezelfde ploegen van Brugge en Anderlecht toonde Standard de Liège veel minder grit. Met als resultaat nederlagen of in het beste geval een gelijkspel tegen de Mauves in de competitie.
Een punt van kritiek op de Luikse fans is dat ze vooral aanwezig zijn bij de grote wedstrijden. Tegen Genk, de andere grote rivaal van Luik, speelden de fans ook hun rol met opnieuw een overwinning. Terugkijkend over heel 2023 waren er nog twee belangrijke thuiswedstrijden waarin de fans hun ploeg naar drie punten leidden: tegen Genk, opnieuw, en tegen Charleroi. Ondanks een beperkte ploeg in termen van kwaliteit, was het de mentale kant die het verschil maakte.
Wordt Sclessin soft?
Maar hoe zit het met deze topwedstrijden? Is Sclessin echt nog steeds een hel voor de anderen? Met Standard Luiks record in het beste geval gemiddeld en in het slechtste geval catastrofaal. Volgt het publiek een ander patroon?
Met een officiële capaciteit van 27.620 is het Maurice Dufrasne-stadion in werkelijkheid zelden uitverkocht. Dit seizoen speelde Liégeois 10 competitiewedstrijden met een gemiddelde opkomst van 21.000 toeschouwers. Ter vergelijking: vorig jaar was de gemiddelde opkomst 20.600 per wedstrijd, met drie uitverkopen tijdens het reguliere seizoen.
Zou het kunnen dat Sclessin en zijn fans hun intensiteit verliezen? We kunnen ook de incidenten op de tribunes als vergelijkingspunt gebruiken. In het verleden, toen de resultaten niet naar wens waren, lieten de Luikse fans – onder leiding van de Ultras – snel hun ongenoegen blijken. Dit seizoen waren er de incidenten tegen Anderlecht in de beker en de T3-actie tegen Sint-Truiden op woensdag 27 december, met een staking van 10 minuten aan het begin van de wedstrijd. Voor de rest…
In 2023 speelde Standard 21 thuiswedstrijden in de competitie. Het record? 8 overwinningen, 8 gelijke spelen en 5 nederlagen – een 32-63 record dat de Rouches veroordeelt tot een scorecijfer net boven het gemiddelde. In het Stade Maurice Dufrasne pakken Les Rouches iets meer dan de helft van de punten die op het spel staan. Het is gewoon dramatisch. Sclessin maakt de kleinere teams niet meer bang.
In 2024 moet Standard Luik natuurlijk zijn spel verbeteren, maar Sclessin moet ook weer een waar inferno worden. De fans hebben een rol te spelen en ze moeten wakker worden. Dat zou de ploeg alleen maar ten goede komen.
