des cyclistes au tour de france

Parijs 2024, sportweddenschappen op Belgen staan in het groen

Wanneer de organisatoren van de Olympische Spelen beginnen met het ontwerpen van de wielerparcoursen, laten ze zich leiden door drie essentiële vereisten: voldoen aan de eisen van de UCI, de essentie van de stad (of het land) benadrukken en een gemakkelijke toegang voor het publiek bieden. Het parcours dat deze dinsdag werd onthuld, aan het einde van etappe 4 van de Tour de France, slaagt er op briljante wijze in om deze drie elementen te combineren. De Eiffeltoren, de Boulevard des Invalides, de Butte Montmartre, de velodroom Jacques-Anquetil… Zoveel emblematische locaties in een race die eruitziet als een Vlaamse klassieker. Tony Estanguet, de voorzitter van Parijs 2024, heeft een perfect record neergezet voor dit historische evenement. Voor de eerste keer zullen mannen en vrouwen hetzelfde parcours delen in de tijdrit en zal er totale pariteit zijn tussen de seksen in elk onderdeel.

Parijs 2024: een vlakke tijd

Vanaf de startschans bij Les Invalides, in het 7e arrondissement van Parijs, doorkruisen de renners het zuiden en zuidoosten van de hoofdstad. Ze rijden langs het Jacques-Anquetil velodrome, waar in 1924 de Parijse Spelen werden gehouden. De kasseipassage voor het Château de Vincennes zal hen nauwelijks vertragen. Na een omweg via de Place de la Bastille eindigt de 32,4 kilometer bij de Pont Alexandre-III.

Datum van het evenement: zaterdag 27 juli 2024 (mannen en vrouwen)

Een zware race

Ga naar het westen voor de wegraces, met de Trocadéro als start en finish. De mannen moeten 273 kilometer afleggen, verdeeld over een lus van 225 kilometer en drie lokale rondes van 18,4 kilometer, voor een totale klim van 2800 meter. Na een processie van vijf kilometer om met name de Eiffeltoren te bewonderen, zal het peloton Parijs verlaten voor 225 kilometer. Dit is een kans om Versailles en Saint-Germain-en-Laye te passeren. De renners doorkruisen de Vallée de la Chevreuse, met zijn korte maar pittige beklimmingen. De renners keren terug naar de hoofdstad via het Louvre Museum, de Pyramide en de Opéra Garnier.

Dit lokale circuit is technisch met zijn bochten en zwaar met de kasseiheuvel van de Butte Montmartre (1 km aan 6,5%). De top van de slotklim ligt op 9,5 kilometer van de finish. Dit is je kans om het verschil te maken en naar het rodelachtige laatste stuk richting de Pont d’Iéna te racen, het toneel van een 230 meter lange eindsprint. De volgende dag is het de beurt aan de vrouwen voor 158 kilometer (1.700 meter stijgen). In plaats van af te buigen naar het westen, rijden ze nu ten zuiden van de Lichtstad. De finish is identiek, met drie lussen van 18,4 kilometer.

Datum van het evenement: zaterdag 3 augustus (mannen) en zondag 4 augustus (vrouwen)

Hoofdpijn voor Sven Vanthourenhout

Coach Sven Vanthourenhout zal voor moeilijke keuzes komen te staan. Hij kan maar vier renners meenemen. Je moet over de hobbels heen kunnen en topsnelheid hebben. Wout van Aert, Arnaud De Lie en Jasper Philipsen passen in dat plaatje. Het is moeilijk voor te stellen dat deze drie in dezelfde ploeg zitten. Dat zou ook betekenen dat we het zonder Remco Evenepoel moeten stellen. Ondenkbaar, gezien zijn rang en het grote tactische voordeel dat hij België biedt, namelijk de mogelijkheid om van afstand te starten, zoals hij deed in Wollongong in Australië. Bovendien moet hij ook een ploegmaat meenemen om eventuele gaten te dichten. Wat betreft de tijdrit zal Sven Vanthourenhout een makkelijkere taak hebben. De beste 25 renners in het UCI-klassement kwalificeren zich automatisch. Remco Evenepoel en Wout van Aert staan momenteel 2e en 3e en zijn onbetwiste favorieten.

Bij de meisjes zet coach Ludwig Willems alles op Lotte Kopecky, zowel in de wegwedstrijd als in de tijdrit. Het valt nog te bezien over hoeveel rensters hij zal beschikken. België moet aan het einde van het seizoen in de top 5 van de wereld eindigen om de deelname van vier renners veilig te stellen. Op dit moment hebben ze niet veel voorsprong op Australië, Frankrijk en Zwitserland. Julie De Wilde lijkt het reservewiel te zijn voor het geval Lotte Kopecky een probleem heeft. Ze zullen wat mankracht nodig hebben ter ondersteuning. Julie Van de Velde en Justine Ghekière zouden deze rol kunnen vervullen. In ieder geval kan België duidelijk dromen van een medaille in Parijs, zo niet meerdere. Genoeg om ideeën op te doen voor je toekomstige sportweddenschappen.