Gavi’s blessure zorgt voor debat over jeugdbescherming

Nu er zoveel voetbalwedstrijden plaatsvinden, komt het onderwerp steeds weer terug. Hoe kunnen we voetballers het beste beschermen tegen terugkerende blessures? Vooral de jongsten onder hen, die net uit het trainingscentrum komen of nog in de groei zijn. Spelers, zoals Ansu Fati, onze landgenoot Julien Duranville of Gavi, die momenteel aan de kant staan en daar op middellange of lange termijn de prijs voor zouden kunnen betalen. Is het mogelijk om een strikt kader te definiëren om te voorkomen dat ze het seizoen op hun knieschijven eindigen? Moet er bijvoorbeeld geen limiet worden gesteld aan het aantal toegestane wedstrijden per seizoen?

Blessures bij de jeugd, onder andere bij Gavi

Het is een zorgwekkende observatie, die onvermijdelijk tot verdeeldheid leidt. Want naast de gezondheid van de spelers staat er altijd een groter financieel belang op het spel. Dit is wat Europese- en mondiale voetbalinstanties drijft om meer en meer te willen. Om het aantal competities te vermenigvuldigen, bij voorkeur op hoog niveau omdat ze dan beter te verantwoorden zijn. En dat alles zonder overleg met bijvoorbeeld oud-spelers…

Een overdaad aan wedstrijden, een fysieke overbelasting

In plaats van het beperken van de rustperiodes, die essentieel zijn voor het lichaam om te regenereren, zien we vaak een overplanning van wedstrijden. Dit kan ook gevolgen hebben voor het mentale welzijn van de sterren van vandaag (en morgen). Net als anderen voor hem luidde Thomas Tuchel onlangs de noodklok. Omdat hij weet dat zijn stem telt. Hij weet dat dit probleem dringend moet worden aangepakt, aangezien het WK in de winter werd gespeeld. Dit leidde tot een toename van bijna 20% van het aantal ernstige blessures. Dat de African en Asian Cup of Nations aan het begin van het kalenderjaar worden gehouden. Dat er oneindig veel Champions League, Europa League, Conference League en Nations League-wedstrijden zijn. “Het overvolle schema van vandaag is niet goed voor het spel en ook niet voor de spelers”, legde de Duitser onlangs uit.

Gavi heeft te veel meegemaakt

Net als zijn collega’s bij de grote clubs weet de Bayern-coach waar hij het over heeft. Vorige week herstelde Tuchel de Canadees Alphonso Davies en de Zuid-Koreaan Kim Min-Jae pas aan de vooravond van een belangrijke wedstrijd tegen Keulen. Ze waren natuurlijk niet geblesseerd, maar ze waren ‘mentaal moe en fysiek uitgeput’ na een lange reis en een flinke jetlag. Andere coaches hadden minder geluk. Barça-coach Xavi verloor een van zijn belangrijkste spelers. Gavi (19) blesseerde zijn knie ernstig tegen Georgië. Met een gescheurde voorste kruisband is het onwaarschijnlijk dat hij dit seizoen nog zal spelen en waarschijnlijk zal hij het EK missen. Omdat hij te veel heeft meegemaakt.

Fataliteit verklaart niet alles

Natuurlijk bestaat er bij dit soort blessures zoiets als het noodlot. Maar de opeenstapeling van wedstrijden in combinatie met extreme druk verhoogt de ‘kans’ op een bezoek aan de ziekenboeg. Tijdens zijn carrière heeft een jongen als Vincent Kompany, die op zeer jonge leeftijd in de wereld van het topvoetbal werd gestort, dit al vaak meegemaakt. En hij is er gekneusd en gehavend uitgekomen. Alleen al tijdens de laatste interlandperiode verlieten verschillende jonge sterren, zoals de Fransen Camavinga en Zaïre-Emery, de Braziliaan Vinicius, de Noor Erling Haaland en de Belg Amadou Onana de nationale ploeg door blessures.

Rusten goede spelers echt uit?

In Spanje is Gavi samen met Robin Le Normand (Real Sociedad) de enige international die de twee wedstrijden heeft gespeeld die in deze periode op het programma stonden, tegen Cyprus en Georgië. Dit heeft de Catalaanse bestuurders geïrriteerd, die hem graag wat rust hadden gegund. Iberische coach Luis de la Fuente rechtvaardigde zijn keuze door te zeggen dat ‘goede spelers niet rusten’. Toch is rust essentieel. In België probeerde coach Domenico Tedesco de speeltijd van zijn spelers slim te beheren. Tegen Servië rouleerde hij zijn kern omdat het een vriendschappelijke wedstrijd was waar niets op het spel stond. Jérémy Doku, een pittige en kwetsbare jonge speler, werd gespaard. Maar als België zich nog had moeten kwalificeren, had hij logischerwijs het beste voor gehad met de belangen van de natie…