Alamy

Onze wielerploeg voor de Olympische Spelen: Evenepoel en Van Aert aan de leiding

Op 25 juni van dit jaar werd de Belgische selectie voor de Olympische Spelen in Parijs bekendgemaakt door het Belgisch Olympisch Comité. Wout van Aert (Visma-Lease a Bike) en Remco Evenepoel (Soudal Quick-Step) worden logischerwijs de kopmannen van België voor de XXXIIIᵉ Olympiade. De twee favorieten voor de titel in de tijdrit zullen worden ondersteund door Tiesj Benoot (Visma-Lease a Bike) en Jasper Stuyven (Lidl-Trek) in hun strijd voor goud op de weg.

Een beperkend kwalificatiesysteem

Dankzij zijn eerste plaats in het landenklassement van de UCI op 17 oktober 2023 heeft België het beste aantal atleten voor de mannen: vier renners voor de wegwedstrijd en twee voor de tijdrit. Het aantal kwalificatieplaatsen toegewezen door het IOC is 90 (88 + 2 voor het gastland). Het was daarom noodzakelijk om het aantal inschrijvingen per Nationaal Olympisch Comité te beperken (57 in totaal). Deze drempel staat in contrast met de 143 renners die gemiddeld in de 21e eeuw aan de start stonden van wegwedstrijden. Maar het is in lijn met de vermindering van het aantal kwalificatieplaatsen waarmee in Tokio werd begonnen. Met het oog op de strenge beperkingen die zijn opgelegd voor de Spelen in Parijs, worden de selecties echte hoofdbrekens. Moeten we vier leiders nemen of moeten we overwegen om teamgenoten te nemen?

Twee onbetwiste leiders

Het was logisch dat de Belgische selectie een beroep deed op Wout van Aert en Remco Evenepoel om te dubbelen in de twee Olympische mannenonderdelen. Deze twee sterren behoren tot de beste wegrenners ter wereld. Hun kansen op medailles en zelfs de Olympische titel zijn groot. Zowel in de tijdrit, waar Evenepoel de regerend wereldkampioen is, als in de wegwedstrijd, waar van Aert meervoudig vice-wereldkampioen is.

“Iedereen kende de namen van van Aert en Evenepoel al, twee renners die nog een jonge carrière hebben, Wout iets minder. Maar samen hebben ze al 8 internationale medailles gewonnen, op de Europese kampioenschappen, de Wereldkampioenschappen en de Olympische Spelen”, legt Sven Vanthourenhout uit, om een keuze te rechtvaardigen die totaal te weerleggen is. We konden niet zonder zo’n renner, ook al moest de conditie van de oudste van de twee geperfectioneerd worden.

Ervaren ploegmaten

Er is een oud gezegde dat zegt: ” te veel van het goede kan pijn doen “. En toch, met slechts vier renners stond de bondscoach voor een moeilijke keuze. “De wedstrijd zal 270 kilometer lang zijn op een circuit dat niet vlak is, er zijn beklimmingen met kasseien en het peloton is klein. Er zullen ongeveer 90 renners zijn uit landen die niet de ervaring hebben van de grote landen, die slechts vier renners hebben. Dat brengt het risico met zich mee dat het peloton nog kleiner wordt. En we hebben ervaren renners nodig”, legt de bondscoach uit. De gok van Sven Vanthourenhout is daarom gebaseerd op een geleidelijke vermindering van het aantal renners om het gebrek aan ploeggenoten te compenseren. Tiesj Benoot en Jasper Stuyven zullen het beste uit hun jaren in de nationale ploeg moeten halen.

Arnaud de Lie, een grote afwezige voor het Belgische wielrennen?

Met een 100% Vlaamse selectie is Sven Vanthourenhout verre van unaniem. De bondscoach koos er naar eer en geweten voor om recent Belgisch kampioen Arnaud de Lie op de bank te zetten. Wat hem niet beviel. Het moet gezegd worden dat de Waalse renner, die deel uitmaakt van de Lotto Dstny-ploeg, een ommekeer heeft gemaakt en steeds beter wordt. Snel en standvastig, de meest Vlaamse van de Waalse wielrenners had deel kunnen uitmaken van een driekoppige hydra-strategie. Waarom niet gebruikt worden als kanonnenvoer als je kijkt naar een agressieve wedstrijd, die hij gewend is in de ribbenachtige Tro Bro Leon. Zijn jonge leeftijd zou het ook mogelijk hebben gemaakt om een duidelijke hiërarchie op te zetten met Evenepoel en van Aert, waar hij tot hun dienst zou zijn geweest.

Duidelijke ambities voor het Belgische wielrennen

Sven Vanthourenhout heeft er niet alleen voor gekozen om zich te ontdoen van de Belgische kampioen, maar ook van de mannen in vorm voor 2024. Jasper Philipsen, Tim Merlier en Maxim van Gils werden niet geselecteerd. De vraag was of de coach zou kiezen voor vier kopmannen of slechts twee vergezeld van twee steunpilaren. De tweede keuze kreeg voorrang op de eerste. Dit toont de wens om de wedstrijd te controleren en te wachten tot Remco Evenepoel een aanval van afstand opzet. Daarvoor komt van Aert, wiens snelheid en gemak op de kasseien de kracht van het Belgische contingent zal zijn. De splitsing lijkt richting Evenepoel te gaan voor de Vallée de Chevreuse en van Aert voor de Circuit de Montmartre. Het doel van België zal zijn om het oncontroleerbare onder controle te krijgen, orde te scheppen in de chaos en als winnaar uit de bus te komen. Alleen het resultaat zal uitwijzen of de keuze van het duo de juiste was.